Regio's

Ontdek Hautes-Alpes +

Welke regio je ook kiest, Hautes-Alpes biedt altijd een beetje meer. Van natuurgebieden met adembenemende bergtoppen en nét iets blauwere bergmeren tot de beroemde (après-) skigebieden en nét iets charmantere bergdorpjes... Hautes-Alpes biedt voor ieders wat wils!

Genieten onder de zon

Briançonnais

In deze streek, gelegen rond de stad Briançon en vlakbij de Italiaanse grens, wemelt het van de rijkdom. Briançon is een van de hoogst gelegen steden van Europa en kreeg de titel kunst- en geschiedenisstad. De stad is gekend om de vestingwerken van Vauban, die op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staan. De oude stad is in alle opzichten opmerkelijk, met de kapittelkerk en de ‘gargouille’, een grote greppel die in de Middeleeuwen werd aangelegd om de stad van water te voorzien, het Geopark van de Cottische Alpen dat meer dan 150 geologische sites telt, en de botanische Alpentuin van Lautaret.

De regio Briançonnais ligt ook dicht bij Italië en natuurwonderen zoals de bergpassen van Galibier, Lautaret, Granon en Izoard, en de ongerepte Clarée-vallei. Hier geniet je van een uitstekend klimaat en luchtkwaliteit, bij voorkeur vanuit een van de wellnesscentra. Door de Grands Bains du Monêtier stroomt bijvoorbeeld natuurlijk, warm bronwater en Durancia in Montgenèvre ligt aan twee biotoopmeren.

Hou je van wintersport, dan kan je je uitleven in de drie belangrijkste wintersportgebieden van het gebied: Serre Chevalier Briançon (de bekendste), Montgenèvre (de oudste) en freeridegebied van La Grave – La Meije.

Berggebied bij uitstek

Pays des Écrins

De Barre des Écrins is met 4.102 meter het hoogste punt in de Hautes-Alpes en was tot 1860 zelfs het hoogste punt van Frankrijk. De lokale geschiedenis is doordrenkt van de heldendaden van pioniers in de bergsport. Vallouise, Pré de Madame Carle en Ailefroide zijn slechts enkele van de berghoogtepunten die van het Pays des Écrins het op een na grootste bergbeklimmersgebied van Frankrijk maken, na Chamonix. In deze grandioze omgeving werd in 1973 het Parc National des Écrins opgericht, het grootste nationale park van Frankrijk. Het Pays des Écrins heeft twee skioorden: Puy-Saint-Vincent en Pelvoux-Vallouise, dus aan activiteiten geen gebrek.

Wanneer de sneeuw smelt, is het tijd voor wildwatervaren en kanoën op de rivier Durance. Het watersportcentrum Argentière-La Bessée, waar prestigieuze internationale wedstrijden worden gehouden, is een van de populairste ter wereld. Dit is een mooi voorbeeld van het industriële en mijnverleden van de vallei. Een verleden dat je tegenkomt in de zilvermijnen van Fournel, het hydro-elektrische museum van Claux en de dorpen in de hoge valleien.

Regio met karakter

Guillestrois Queyras

De Queyras is een bergketen die in 1977 officieel bestempeld werd als regionaal natuurpark, dankzij haar uitzonderlijke flora en fauna. Op een hoogte van 2.040 meter vind je een van de mooiste dorpen van Frankrijk: Saint-Véran. In de winter wordt dit een skiresort, net als de dorpen Abriès, Aiguilles, Arvieux, Ceillac, Château-Ville-Vieille, Molines en Ristolas. Vlakbij liggen ook de internationale ski-stations Vars en Risoul, beide beroemd om hun skigebied La Forêt Blanche.

Beneden, op een steile rots tussen de rivieren Guil en Durance, vind je het Vauban-bolwerk Mont-Dauphin, dat uitkijkt over een aantal opmerkelijke plekken, zoals la Fontaine pétrifiante in Réotier, een geologische bezienswaardigheid, en het Plan de Phazy, waaruit natuurlijk warm water stroomt.

Aan karakter geen gebrek in deze prachtige regio. Je kan er wandelen naar de hooggelegen meren en refuges op weg naar de Mont Viso, toeren langs de Route des Grandes Alpes via de verrassende Gorges de Guil en de legendarische passen Izoard en Agnel. Of ga op ontdekking in het Maison de l’Artisanat, waar je houten speelgoed en lokale sculpturen kan bewonderen. Voor astronomie moet je dan weer zijn in het observatorium in Château-Renard, een bruisende stad in de gemeente Guillestre.

Turquoise zee in de bergen

Serre-Ponçon

Met zijn wilde kreken en turquoise water is het meer van Serre-Ponçon als een zee in de bergen. Dit stuwmeer is een van de belangrijkste toeristische bestemmingen in de Hautes-Alpes en is ontstaan in de jaren 50, met de bouw van een hydraulische dam voor de rivier Durance. Hier kan je allerlei watersporten beoefenen, zoals surfen, zeilen en waterskiën.
Aan de monding van het meer is Embrun een bezoekje meer dan waard. Embrun, bijgenaamd het Nice van de Alpen vanwege het milde klimaat, kreeg de titel kunst- en geschiedenisstad dankzij zijn opmerkelijke culturele erfgoed, zoals de kathedraal Notre-Dame du Réal, een van ’s werelds rijkste schatten van sacrale kunst.

Heb je een passie voor kunst? Breng dan zeker een bezoek aan de abdij van Boscodon, een meesterwerk van Romaanse kunst, of de kerk van Savines-le-Lac, een stukje 20e-eeuws erfgoed. Serre-Ponçon is ook de thuisbasis van drie skigebieden: Réallon, Crévoux en Les Orres. Les Orres heeft een groot skigebied, dus hier valt zowel in de zomer als de winter van alles te beleven.

Kleurrijke hoofdstad

Gapençais

Met zijn pastelkleurige gevels en autovrije winkelstraten is Gap een moderne stad met een hoge levenskwaliteit. Gap is de prefectuur van de Hautes-Alpes en ligt op het kruispunt van grote routes zoals de Route Napoléon. De stad heeft heel wat te bieden, zoals het Alp’Aréna ijsstadion, het nationaal La Passerelle-theater en theater Le Quattro.

Natuurliefhebbers en sportievelingen kunnen genieten van het Conservatoire Botanique National Alpin of Gap-Bayard, een golfbaan met 18 holes die ’s winters plaatsmaakt voor langlaufpistes. Tussen de Durance-vallei, het meer van Serre-Ponçon en de stad Gap is het goed vertoeven in de Avance-vallei, tussen de boom- en wijngaarden.
Verder naar het zuiden vind je het skioord Céüze, een wereldberoemde klimplek met een klif van meer dan 130 meter hoog. Vlakbij is de gemeente Tallard een bezoekje waard, met zijn 14e-16e-eeuwse kasteel dat op de lijst van historische monumenten staat. Je vindt er ook het grootste parachutecentrum van Europa, dat vrijetijd, industrie en luchtvaarttraining combineert. Heb je nood aan een dosis spiritualiteit? In de regio Gapençais ligt Notre-Dame du Laus, een belangrijk bedevaartsoord.

De vier-seizoenen-valleien

Champsaur Valgaudemar

Terwijl de Valgaudemar een hooggebergte is met toppen van bijna 3500 meter (Olan en Siracs zijn de bekendste), bestaat de Champsaur-vallei uit uitgestrekte landbouwgronden die bekendstaan als ‘bocage’. De landbouw geeft ritme aan de seizoenen, via lokale feesten en culinaire specialiteiten zoals tourtons (gevulde deegkussentjes) en oreilles d’âne (een soort lasagne).

De Champsaur is in de eerste plaats bekend om zijn skigebieden. Het grootste is Orcières-Merlette 1850, dat de laatste jaren een metamorfose heeft ondergaan. Daarnaast heb je de skistations van Laye, Ancelle, Chaillol, Saint-Léger-les-Mélèzes en Serre-Eyraud. In de zomer valt er ’s zomers van alles te beleven én kan je de rijke geschiedenis opsnuiven in Saint-Bonnet en andere charmante dorpen.

In het hart van het Parc National des Ecrins ligt het woeste valleigebied Valgaudemar, een ideale plek voor bergbeklimmen en wandelen. Hier torenen gletsjers uit boven het dorp La Chapelle-en-Valgaudemar, de berghut Gioberney en de beroemde waterval Voile de la Mariée.

Massief vol markante landschappen

Dévoluy

Dit massief maakt indruk met zijn licht en prachtige landschappen. Pic de Bure (thuishaven van een van de belangrijkste astronomische observatoria ter wereld), Obiou, Grand Ferrand en Faraud bestaan vooral uit uitgestrekte stukken wildernis en landbouwgrond. In Dévoluy gaan toerisme en landbouw hand in hand. Wintersportdorpen Superdévoluy en La Joue du Loup, met zijn vele chalets en prachtige residenties, bieden 100 kilometer aan pistes op 2.500 meter hoogte. Natuurlijk kan je er ook genieten van après-ski, bijvoorbeeld in het O’dycéa wellnesscentrum of het sportcentrum.

Dévoluy is ook de thuisbasis van een aantal natuurlijke schatten, waarvan de meest spectaculaire ongetwijfeld de chourums zijn: natuurlijke holtes in het Dévoluy-massief. Deze grotten zijn ideaal voor speleologie, net als de Gillardes-bronnen. Ben je avontuurlijk aangelegd, ga dan op ontdekking in het onwaarschijnlijke, uit de rotsen gehouwen kanaal van Pellafol en maak ook een tussenstop in Saint-Disdier. Hier vind je een pareltje van Romaanse architectuur: de Mère-Église. Als je van wandelen houdt, neem dan zeker de weg naar de Col du Noyer.

Glooiend berglandschap

Buëch

In het zuiden van de Hautes-Alpes geven de glooiende bergen van Buëch hun geheimen prijs. Het regionale natuurpark Baronnies Provençales is een echte aanrader. Hier heersen de appel- en perenboomgaarden en lavendelvelden. In de karaktervolle heuveldorpen Sisteron, Serres, Rosans, Garde-Colombe en l’Épine waan je je dan weer in de Provence. In de zomer zijn er overal verfrissende waterpoelen, van de kloven van de Méouge tot de meren van Iscles in Veynes of de meren van Riou en Germanette in Serres. Er zijn volop mogelijkheden voor buitenactiviteiten, zoals rotsklimmen op de wereldberoemde kliffen van Orpierre, deltavliegen op de berg Chabre, vliegen vanuit Chevalet of Bâtie-Montsaléon, en niet te vergeten mountainbiken en wandelen. In de winter, als de sneeuw er ligt, is het geweldig om te gaan sneeuwschoenwandelen of skiën in Dévoluy. Wil je sterren spotten dan zit je goed in Buëch, waar het na zonsondergang extreem helder is. Het observatorium in Moydans is dan ook een aanrader!

territoires